Checklists
Laatst gewijzigd op: 13 augustus 2019

Kredieten

Bijna alle organisaties lenen geld. Belangrijke leningen zijn adviesplichtig. De ondernemingsraad heeft dan informatie nodig om goed advies te kunnen geven. Vraag in ieder geval naar de condities uit de financieringsovereenkomst. De OR moet goed kijken naar de lening, want soms is een lening zo groot dat deze een risico vormt voor de continuïteit van de organisatie. Afgesloten leningen zijn gemakkelijk terug te vinden in de balans en het kasstroomoverzicht in de jaarrekening.

Geld lenen

Organisaties trekken op verschillende manieren geld aan. Bijna alle organisaties sluiten geldleningen af. Dit leidt altijd tot vaste verplichtingen in de vorm van rente en aflossingen voor deze leningen. Er is een enorme variatie in de condities van leningen. Bij langetermijnleningen varieert de periode van aflossing van één tot soms tientallen jaren. Daarnaast bestaat ook het kortetermijnkrediet met een looptijd van minder dan een jaar. Het meest bekende voorbeeld is de rekening-courant. Hierop kan dagelijks worden gestort of afgelost tot aan een vooraf bepaald kredietlimiet zonder verplichtingen tot vaste aflossingen.

Ook komen zogenaamde achtergestelde leningen voor. ‘Achtergesteld’ wil zeggen dat deze financiers bij een eventueel faillissement pas aan de beurt komen na betaling van alle overige financiers met uitzondering van de aandeelhouders. Soms worden achtergestelde leningen als ‘garantievermogen’ opgeteld bij het eigen vermogen op de balans. Dit is alleen toegestaan als deze achtergestelde leningen geen vaste aflossings- en/of renteverplichtingen kennen.

Let goed op de rentelasten als u advies gaat geven. De rente kan vast of variabel zijn. Deze laatste wordt dan meestal berekend als een opslagpercentage boven een kapitaalmarktrente. Het risico van renteschommelingen kan worden afgedekt met derivatencontracten. Bij een lening bedingt een financier meestal ook een hypotheek-, pand-, of ander zekerheidsrecht als waarborg voor de terugbetaling van de lening.

De jaarrekening

Als u meer wilt weten over de leningen in uw organisatie kunt u de informatie op verschillende plekken vinden. Alle leningen staan vermeld in de jaarrekening. Op de balans staan alle nieuwe en lopende leningen. De betaalde rente vindt men terug op winst & verlies- of exploitatierekening. In het kasstroomoverzicht staan ook alle nieuwe leningen en aflossingen. Dit laatste overzicht ontbreekt soms omdat het niet verplicht is in de jaarrekening. In de toelichtingen op de jaarrekening staan:

  • aflossingsschema’s;
  • rentepercentages;
  • afgegeven zekerheden;
  • korte vermelding van de aanwezigheid van derivatencontracten.

Lees de toelichtingen op de winst & verliesrekening en de balans. Let daarbij op of er sprake is van derivaten of andere contracten om renterisico’s af te dekken. Vraag aan de bestuurder of eventueel de accountant welke concrete risico’s daarmee worden gelopen. Schakel een extern deskundige in bij onduidelijke antwoorden

Kengetallen

Bestuurder en financier spreken met elkaar alle condities voor een lening af. Hierbij worden vaak ook financiële kengetallen overeengekomen waaraan de organisatie moet voldoen. Dit kunnen bijvoorbeeld zijn: een minimum winstgevendheid of solvabiliteit. De laatste betreft de verhouding eigen vermogen/balanstotaal op de balans in de jaarrekening. Ook ziet men wel de ‘cash cover ratio’. Deze maakt duidelijk of een organisatie in staat is om rente en aflossingen te betalen uit de eigen kasstroom. Een bekend kengetal is ook de EBITDA (bedrijfsresultaat, minus rente, belastingen en afschrijvingen). Vaak kan een organisatie maximaal een bedrag lenen dat gelijk staat aan 3 à 4 keer de EBITDA.

Indien een organisatie bepaalde kengetallen niet haalt, dan kan een financier een lening per direct opeisen. In de praktijk zal dat niet zo snel gebeuren. Wel kan de financier dan een hogere rente bedingen, omdat hij meer risico denkt te lopen.

Hoe beoordeelt de OR leningen?

Belangrijke leningen zijn adviesplichtig volgens artikel 25.1.i van de WOR. Belangrijk wil zeggen dat de lening tenminste vijf tot tien procent van het balanstotaal bedraagt. Vaak spreken OR en bestuurder een minimumbedrag af waarboven adviesaanvragen gelden. Voor de OR geldt in principe hetzelfde toetsingskader als voor de financier: is de organisatie in staat om de lening met de rentelasten zonder problemen af te lossen? Dit betekent dat de OR vooraf alle condities op kan vragen die met de financier zullen worden afgesproken. Ook moet de organisatie voor de financier vaak een meerjaren prognose opstellen van winst- & verliesrekeningen en balansen. Hieruit moet blijken dat de organisatie in staat is om rente en aflossingen te financieren over de gehele looptijd van de lening. Uw OR kan deze prognose opvragen bij de bestuurder.

Soms is er een concrete aanleiding voor een krediet in de vorm van een voorgenomen investering, of overname. Deze voorgenomen besluiten zullen leiden tot aparte adviesaanvragen, die door de OR separaat moeten worden beoordeeld.

Rechten en plichten van de OR

Zoals eerder aangegeven is het aantrekken van belangrijke leningen adviesplichtig volgens artikel 25.1.i van de WOR. Dit geldt overigens ook voor het verstrekken van belangrijke leningen, zoals genoemd in artikel 25.1.j. De OR dient hierbij na te gaan wat het doel is van het verstrekken van een dergelijke lening en of dat gebeurt tegen marktconforme condities.

Nieuwe investeringen of overnames die samenhangen met het opnemen van een belangrijk krediet zijn apart adviesplichtig volgens artikel 25.1.h, respectievelijk 25.1.b. Bij zeer grote leningen met vaak complexe condities doet de OR er goed aan om een externe deskundige aan te trekken. Dit recht staat in artikel 16 van de WOR. Waarschijnlijk heeft uw bestuurder zelf ook uitgebreid extern advies gekregen.

Om goed te adviseren heeft uw OR voldoende informatie nodig. Artikel 31.1 verschaft aan de OR de mogelijkheid om alle informatie op te vragen die zij voor de vervulling van haar taak redelijkerwijs nodig denkt te hebben. Bij grote kredieten van financiers kan de OR alle contractcondities opvragen, bijvoorbeeld om deze te laten toetsen door een extern financieel deskundige.

Tenslotte moet de OR bij de bespreking van de jaarrekening en de begroting volgens artikel 31a attent zijn op het aantrekken of verstrekken van belangrijke kredieten. Indien blijkt dat een bestuurder heeft verzuimd om een adviesaanvraag in te dienen, dan moet de OR dat met hem bespreken om herhaling van dat verzuim in de toekomst te voorkomen.

De makkelijkste manier om te zien of er belangrijke leningen zijn opgenomen, is het doorlezen van het kasstroomoverzicht in de jaarrekening. Deze leningen staan daarin apart vermeld. Jammer genoeg ontbreekt soms een kasstroomoverzicht. Kijk dan bij de passivakant van de balans. Nieuwe leningen staan daar ook in, maar soms wat meer verstopt in andere cijfers.

De OR in de praktijk

De OR moet goed selecteren welke leningen belangrijk genoeg zijn voor een adviesaanvraag en welke niet. De routinematige herfinanciering van een bestaande lening is voor een OR niet interessant indien de organisatie een gezonde solvabiliteit heeft. Er is sprake van een gezonde solvabiliteit wanneer het eigen vermogen tenminste 40% bedraagt van het balanstotaal. Daartegenover is extra aandacht nodig bij:

  • relatief grote leningen;
  • een slechte solvabiliteit met vaak al hoge bestaande schulden;
  • onduidelijke bestemming van de lening of financiering van exploitatieverliezen.