Faq's
Laatst gewijzigd op: 9 september 2021 | Geschreven door: Wander de Groot
Advies OR

De bestuurder legt het OR-advies naast zich neer. Wat nu?

In artikel 25 van de Wet op de ondernemingsraden staat in welke gevallen een bestuurder een voorgenomen besluit aan de OR voor advies moet voorleggen. Nadat de OR zijn advies heeft uitgebracht, neemt de bestuurder een definitief besluit. Is dat besluit volledig conform het OR-advies, dan kan de uitvoering direct van start. Maar legt de bestuurder het advies van de ondernemingsraad gedeeltelijk of volledig naast zich neer, dan moet hij de OR zo spoedig mogelijk hier schriftelijk van op de hoogte stellen. De bestuurder moet onderbouwen waarom hij (deels) afwijkt van het advies en waarom hij niet ingaat op eventuele alternatieven die de OR heeft geboden.

In beroep

Wijkt de bestuurder (deels) af van het OR-advies? Dan moet de bestuurder na kennisgeving van zijn definitief besluit en motivatie aan de OR de uitvoering van het besluit één maand opschorten, tenzij de OR al in het advies heeft aangegeven dat dit niet nodig is. Vindt de OR dat de bestuurder een onredelijk besluit heeft genomen, dan kan de ondernemingsraad binnen deze maand in beroep bij de Ondernemingskamer. Ook kan de OR in beroep als blijkt dat de adviesprocedure niet goed is gevolgd, bijvoorbeeld omdat de bestuurder belangrijke informatie heeft achtergehouden. In dat geval kan de OR kan het best nadat hij heeft geconstateerd dat de bestuurder van het advies afwijkt in zijn definitief besluit, de bestuurder schriftelijk wijzen op de opschortingstermijn en hem verzoeken geen uitvoeringshandelingen te verrichten. Daarna kan de OR de procedure bij de Ondernemingskamer in gang zetten. Ook hiervan moet de OR de bestuurder schriftelijk op de hoogte stellen.