Nieuws
Publicatiedatum: 23 augustus 2021 | Geschreven door: Wander de Groot
Partnerverlof

Aanvullend partnerverlof valt slecht uit voor minima

Het nieuwe aanvullend partnerverlof pakt financieel zo ongunstig uit voor werknemers met een inkomen tot 110% van het minimumloon, dat veel partners er geen gebruik van maken. Sinds 1 juli 2020 betaalt het UWV het extra verlof in de vorm van 70% van het maximum dagloon voor een periode van vijf weken. Na belastingen houden modale inkomens daar per saldo circa 80% van over. Voor minima is dat minder: netto 70%. De reden is de dempende werking van de heffingskortingen.

Heffingskorting

Heffingskortingen – er zijn er bijna tien – vormen dat deel van het inkomen dat vrijgesteld is van inkomstenbelasting. Deze kortingen zijn Minister Koolmees van SZW erkent dat de heffingskortingen ervoor zorgen dat het nieuwe verlof voor minima minder voordelig uitvalt dan voor anderen, maar hij wijst ook op de andere voordelen voor minima, zoals het kindgebonden budget en zorg- en huurtoeslag.

Aanvullend ouderschapsverlof

Het aanvullend verlof voor partners van bevallen moeders komt bovenop het 100% door de werkgever doorbetaalde geboorteverlof van één werkweek, dat in de eerste vier weken na de geboorte opgenomen kan worden. De Tweede Kamer heeft op 20 april ingestemd met een nog verdere uitbreiding naar negen weken ouderschapsverlof binnen het eerste levensjaar van het kind, tegen 50% van het maximumdagloon. Dat lijkt al helemaal niet te lonen voor minima. De Eerste Kamer buigt zich 14 september over de regeling. Als die instemt, gaat deze vanaf 1 augustus 2022 van kracht.