Nieuws
Publicatiedatum: 2 maart 2021 | Geschreven door: Wander de Groot
WhatsApp

Racistische grappen aan collega’s appen niet per sé reden tot ontslag

Racistische grappen, gestuurd in besloten WhatsAppgroep van werknemers onderling, zijn volgens de rechter niet per sé een reden om een werknemer op staande voet te mogen ontslaan. Dat ondervond een werkgever die op basis van klachten van collega’s de betreffende werknemer ontsloeg. Onterecht, oordeelt de rechter, een waarschuwing was beter op zijn plaats geweest. De werknemer krijgt zijn baan terug en zijn achterstallig loon met 20% toeslag toegewezen.

Casus

Een besloten WhatsAppgroep van 17 leden, allemaal werknemers van hetzelfde bedrijf, deelt collegiaal lief en leed onderling. Regelmatig worden er racistische en seksistische opmerkingen geuit, waarop een van de collega’s uit de groep stapt. Er volgt een hevige discussie onder de achterblijvers. Eén van hen doet er een schepje bovenop en deelt een aantal racistische afbeeldingen. Dat vinden meer collega’s te ver gaan en ze zetten hem uit de groep. Twee collega’s dienen ook een klacht in bij de werkgever. Deze nodigt de werknemer uit voor een gesprek, maar dat verloopt niet naar zijn wens. Hij schorst daarop de werknemer en ontslaat hem op staande voet nadat hij de ‘grappen’ heeft onderzocht en besproken met een jurist.

Rechtszaak

De werknemer is het hier niet mee eens en stapt naar de rechter. Volgens de werknemer heeft hij in het eerste gesprek met de werkgever direct spijt betuigd en aangegeven dat hij zijn excuses zal aanbieden aan de collega’s. Ook vindt hij dat de besloten WhatsAppgroep niets te maken heeft met het werk, maar een privéaangelegenheid is van een groep collega’s. De werkgever vindt echter dat de werknemer verwijtbaar handelt en de arbeidsrelatie heeft verstoord door het delen van de afbeeldingen. Ook heeft de werknemer de gedragsregels van het bedrijf geschonden, waarin expliciet staat dat intimidatie en ongepast gedrag niet is toegestaan en kan worden beantwoord met ontslag als sanctie.

Uitspraak rechter

De kantonrechter is het niet eens met de sanctie van de werkgever om direct over te gaan tot ontslag op staande voet. De WhatsAppgroep is naar oordeel van de rechter een privé aangelegenheid en houdt geen direct verband met de werkzaamheden binnen het bedrijf. De werkgever had een lichtere sanctie moeten toepassen, bijvoorbeeld een waarschuwing en een gesprek met de werknemer en zijn collega’s.

Extra vergoeding

Ook de eis van de werkgever tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst op basis van de g-grond (verstoorde arbeidsverhoudingen) houdt geen stand. De rechter vernietigt het ontslag op staande voet en moet de werknemer binnen drie dagen na uitspraak weer toegelaten tot de werkplek. Ook moet de werkgever het achterstallig loon alsnog uitbetalen, dit bedraagt € 4.966,24 bruto per maand, met een extra vergoeding van 20%.